Een nieuwe brug is vaak kostbaar. Bestaande bruggen moet daarom zoveel mogelijk worden uitgenut, met een winnend belang aan inspectie, onderhoud en beoordeling. De (vermoeiings)eigenschappen van de gebruikte materialen en verbindingsmethoden zijn echter niet altijd bekend, net als de belastinghistorie. In een aantal gevallen is bij het ontwerp onvoldoende rekening gehouden met bezwijken door vermoeiing. Bovendien blijkt het verkeer vaak meer toegenomen dan waarmee rekening is gehouden. Voor het inschatten van de restlevensduur van bestaande stalen bruggen is een leidraad ontwikkeld. Dit artikel vat de procedure samen en beschrijft een toepassing op een voorbeeldconstructie: het val van de tweede Van Brienenoordbrug.
展开▼