DE CONNECTIVITY- EXPLOSIE

摘要

WIE IN 2010 HAD VOORSPELD DAT VIJF JAAR LATER DE HELFT VAN DE WERELDBEVOLKING OVER EEN SMARTPHONE ZOU BESCHIKKEN en dat die smartphone ons dagelijks leven zou beheersen, zou waarschijnlijk stapelgek zijn verklaard. Toch is dat precies wat er gebeurde: de installed base van actieve personal devices, zoals desktops, laptops, netbooks, tabiets en smartphones, groeide volgens een conservatieve schatting in die periode wereldwijd van bijna 2,2 miljard naar meer dan 6 miljard, terwijl er tegelijkertijd een heuse app-economy ontstond waarvan sociale media en games de voornaamste componenten zijn. De groei van het aantal aan het internet gekoppelde 'things' is nog veel indrukwekkender. Naar verwachting zullen in 2020 wereldwijd tenminste 50 miljard apparaten zijn aangesloten. Anything that can be connected, will be connected. Voor Nederland gaat het dan om een paar honderd miljoen apparaten - tien keer zoveel als de hierboven genoemde personal devices. Daardoor wordt het mogelijk om het elektriciteitsverbruik in woonwijken aan te passen aan het actuele aanbod van duurzame energiebronnen, om het individuele rijgedrag van zelfsturende auto's op snelwegen zodanig in te regelen dat de collectieve doorstroming wordt geoptimaliseerd en filevorming voorkomen, en zelfs om bewegingen van groepen mensen te sturen wanneer iedereen is uitgerust met de juiste tools en voldoende incentives heeft om zijn gedrag te veranderen. Ook in de gezondheidszorg kunnen dergelijke collectieve systemen worden ontwikkeld, bijvoorbeeld wanneer een nieuw medicijn grootschalig wordt getest. Gelet op het grote aantal verschillende componenten in dergelijke systemen, het grote aantal onderlinge verbindingen en het vaak niet-lineaire gedrag daarvan, is er sprake van uitzonderlijke complexiteit. Dat vereist stevige gereedschappen om de enorme hoeveelheden gegevens realtime te analyseren en vervolgens om op basis van deze analyse tot de juiste sturing van de individuele deelsystemen te komen. De grote uitdaging van IoT is dan ook niet zozeer een technische, maar vooral een analytische. Zijn wij in staat de gereedschappen te ontwikkelen om de enorme stroom van veelvormige gegevens die door sensoren worden opgevangen, te vertalen naar de juiste stuursignalen voor elk van de aangesloten apparaten?